top of page

Ontwikkelingsmateriaal en speelgoed

Ik werk graag met ontwikkelingsmateriaal. Waarom?
Je kunt inspelen op verschillende niveaus, omdat het materiaal verschillende niveaus heeft. In het artikel Hoe kijk je tegen spel aan? (D. van der Aalsvoort, 2010, p.10-11) staat dat de relatie tussen spel en ontwikkelen vanzelfsprekend lijkt. "Bij jonge kinderen zie je dat alles wat ze doen spelend gebeurt en daarin laten ze hun ontwikkeling zien". Daarbij moet de professional weten te balanceren tussen laten spelen en spel bevorderen. Ook bij aanschaf van speelgoed kijk ik naar wat de kinderen nodig hebben. Natuurlijk heb je een basisaanbod. Welk speelgoed heeft een kind nodig om zich te vermaken en zich te ontwikkelen?

- Blokken
- Verf en potloden
- Knutselspullen
- Bal
- Playmobil of Lego (diverse mogelijkheden)
- Paar gezelschapsspellen
- Auootjes (ook voor meisjes)
- Pop en serviesje (ook voor jongens)

Geen kind is hetzelfde. Bij het kiezen van speelgoed kun je vier speeltypen onderscheiden:
- Rauwers/Doeners; willen actie en hebben vooral oog voor grote lijnen.
   Speelgoed: constructiemateriaal met snel resultaat zoals K'nex, tafeltennistafel, skeelers, microfoon, basketbal met
   netje
- Douwers/uitvinders
   Speelgoed: strategispelen als Monopoly en Stratego, goocheldoos, Memory, constructiemateriaal waar geduld voor
   nodig is, puzzels
- Schouwers gebruiken alle zintuigen en zijn gericht op details en uiterlijkheden.
   Speelgoed: Muziekdoosje, klei, kleine poppetjes of figuurtjes, kralen, schminck, Ministeck
- Bouwers/Ondernemers en regelaars
   Speelgoed: poppenkast, verkleedkleren, speeltent, kassa om winkeltje te spelen, keukentje

Tip:
Te veel speelgoed leidt tot verveling, omdat ze niet meer kunnen kiezen. Maak zelf een selectie en berg de helft tijdelijk op.

Marianne de Valck zegt in haar blog het volgende:"Laat mij herhalen waar het bij speelgoed kiezen om gaat: Verantwoord gemaakt, verantwoord gegeven en verantwoord gebruikt. Waarbij keer op keer wat verantwoord is af hangt van waar men op wil letten en wat men belangrijk vindt. Voor verantwoord gemaakt kan dit gelden op de uitvoering, de materiaalkeuze, de markering en keurmerken maar ook op de pedagogische speelwaarde. Dezelfde auto gemaakt van hout heeft een andere speelwaarde dan gemaakt van plastik. Hout is niet per defintie beter, wel anders, geeft een ander gevoel, andere speelmogelijkheden. Speelwaarde kan gericht zijn op creatieve, constructieve, cognitieve, sociale en/of motorische ontwikkeling. Met nadruk op deze vijf apart of in combinatie...dus niet alleen de cognitieve ontwikkeling waarmee kinderen bijna schools spelenderwijs dienen te leren. Leren is niet alleen cognitief, maar kan ook motorisch, sociaal, constructief of/en creatief zijn. Leren fietsen is ook leren, de wereld naspelen heeft ook speelwaarde".

'Speelgoed boek, eerste hulp bij het kiezen van speelgoed'
Marianne de Valck
Uitgeverij SWP-books, ISBN 90-6665-712-X
Zie ook:
www.speelgoedadvies.nl








 

 


 

Op de boekenplank

bottom of page